Bhagavad Gita… 5) Kennis van Renunciatie en Actie
INTRODUCTIE | Het beoefenen van de YOGA van de Bhagavad Gita
HOOFDSTUK 1 | Arjuna’s Moedeloosheid
HOOFDSTUK 2 | De Weg naar Zelfkennis
HOOFDSTUK 3 | De YOGA van Actie
HOOFDSTUK 4 | Kennis van het Afstand doen van Vruchten
HOOFDSTUK 5 | Kennis van Renunciatie en Actie
HOOFDSTUK 6 | Het Pad van Meditatie
HOOFDSTUK 7 | Kennis van het Absolute in zijn Volledigheid
HOOFDSTUK 8 | Kennis van het Eeuwige
HOOFDSTUK 9 | Kennis van het Koninklijke en Geheime Pad
HOOFDSTUK 10 | De Glorieuze Manifestaties van de Meester
HOOFDSTUK 11 | Yogisch Visioen
HOOFDSTUK 12 | De YOGA van Devotie
HOOFDSTUK 13 | Kennis van het Veld en de Kenner
HOOFDSTUK 14 | De Diepgaande Kennis van de Drie Gunas
HOOFDSTUK 15 | De Eeuwige Boom van het Leven
HOOFDSTUK 16 | De Lotsbestemming van de Verlichte Meesters en van de Onwetende
HOOFDSTUK 17 | Drie Manieren van Overtuiging
HOOFDSTUK 18 | De Wijsheid van Renunciatie en Bevrijding
EXTRA:
De 3 GUNAS zoals beschreven in de Bhagavad Gita | ALLE VERZEN
PDF “Het beoefenen van de YOGA van de Bhagavad Gita”
PDF “Schema van 3 GUNAS”
HOOFDSTUK 5 – Kennis van Renunciatie en Actie
Arjuna zei
1. O Krishna, U adviseert het afstand doen van acties en tevens adviseert U de YOGA van actie; welke van deze twee is de betere, vertel me dit alstublieft definitief.
De Gezegende Meester zei
2. Zowel de YOGA van het afstand doen, als de YOGA van actie leidt tot de allerhoogste zaligheid. Maar van deze twee overtreft de YOGA van actie, het afstand doen van actie.
3. Ken degene die noch haat noch verlangt, als iemand die voor eeuwig afstand heeft gedaan; verstoken van de tegenstellingen van dualiteit, is die persoon immers, O Sterkgearmde, zonder inspanning bevrijd van gebondenheid.
4. Alleen wie kinderachtig is debatteert dat Samkhya en YOGA verschillend zijn — niet de pandits. Door volledig je toevlucht te zoeken tot één, verkrijg je de vruchten van beide.
5. De plek die bereikt wordt door de volgers van Samkhya wordt ook bereikt door zij die YOGA volgen. Als je Samkhya en YOGA als één ziet, dan zie je werkelijk.
6. Maar renunciatie, O Sterkgearmde, is moeilijk te bereiken zonder YOGA. De beoefenaar van meditatie verenigd in YOGA, daarentegen, bereikt Brahman zonder vertraging.
7. Als je verenigd bent in YOGA, het zelf gezuiverd hebt, het zelf overwonnen hebt, als het zelf het Zelf van alle levende wezens geworden is, word je niet besmet, zelf niet bij het uitvoeren van acties.
8. ‘Ik doe helemaal niets’. Zo zou de kenner van Realiteit, verenigd in YOGA, moeten contempleren, zelfs tijdens het zien, horen, aanraken, ruiken, eten, wandelen, slapen, ademen.
9. Terwijl de kenner van de Realiteit spreekt, elimineert, ontvangt, de ogen opent en sluit, onthoudt deze persoon dat ‘de zintuigen werkzaam zijn in het gebied van de objecten van de zintuigen’.
10. Door je acties in Brahman te plaatsen, gehechtheden los te laten, wordt degene die acties uitvoert niet bevuild met zonden, net zoals een lotusblad niet bevuild wordt door water.
11. Of het nu met het lichaam, met de mind, met de intelligentie, of alleen met de zintuigen is, de yogi’s voeren hun acties uit terwijl ze afstand doen van elke gehechtheid om daarmee zichzelf te zuiveren.
12. Door verenigd te zijn in YOGA en door de vruchten van de acties op te geven, bereik je dezelfde vrede als zij die al overtuiging hebben. Iemand die niet verenigd is in YOGA, die handelt uit verlangen en die gehecht is aan vruchten, die raakt gebonden.
13. Als je met de mind afstand doet van acties, ben je gelukkig in de stad met negen poorten; de drager van het lichaam die noch iets doet, noch iets veroorzaakt dat gedaan moet worden.
14. De Meester produceert noch het agentschap voor actie, noch produceert het de acties van mensen, noch hun vereniging met de vruchten van actie; dus alleen de natuur is van kracht.
15. Het Allesdoordringende neemt niemands zonde aan noch iemands verdienste. Kennis is versluierd door onwetendheid en daardoor zijn de levende wezens verdwaasd.
16. Naar hen die hun onwetendheid vernietigd hebben door kennis, verlicht die kennis, zoals de zon, dat Allerhoogste.
17. Als je intellect verblijft in Dat, als het zelf geabsorbeerd is in Dat, als je totaal toegewijd bent aan Dat, je onzuiverheden hebt weggewassen door kennis, dan keer je niet terug via wedergeboorte.
18. De wijzen kijken met één hetzelfde oog naar een filosoof met kennis en discipline, naar een koe, een olifant, een hond, zowel als naar een medewerker die crematies verricht.
19. Degenen die hun minds gevestigd hebben in gelijkmoedigheid, hebben hier de hele schepping veroverd. Brahman is foutloos en gelijkmatig; daarom zijn zij gevestigd in Brahman.
20. Je zou niet opgewonden moeten worden bij het bereiken van iets plezierigs, noch zou je moeten huiveren bij het verkrijgen van het onplezierige. Een persoon met een stabiele wijsheid, geheel vrij van verwarring en die Brahman kent, verblijft in Brahman.
21. Als je geluk vindt in het Zelf, als het zelf niet gehecht is aan externe contacten, als het zelf is verenigd in de YOGA van Brahman, dan verkrijg je onvergankelijke comfort.
22. Het plezier dat voortkomt uit contact, veroorzaakt slechts leed; het heeft een begin en een eind, O Zoon van Kunti. Een wijs mens is er niet verrukt door.
23. Als je voordat je het lichaam verlaat, exact hier op dit moment, kan leren om de drang te weerstaan die opkomt uit verlangen en actie, dan ben je verenigd in YOGA. Dan ben je gelukkig.
24. Als je comfort in jezelf vindt, genot en verrukking in jezelf vindt, het licht in jezelf vindt, zo’n yogi, die Brahman geworden is, bereikt absorptie in Brahman.
25. De meesters, van wie de onzuiverheden opgelost zijn, bereiken absorptie in Brahman; met hun twijfel verdreven en hun zelf bemeesterd, zijn ze begaan met het welzijn van alle levende wezens.
26. Absorptie in Brahman is dichtbij voor die asceten, van wie de minds bemeesterd zijn, die zonder verlangen en boosheid zijn, en die het Zelf hebben leren kennen.
27. Door alle externe contacten buiten te laten, en de aandacht te richten tussen de wenkbrauwen, door prana en apana gelijkmatig te laten stromen tussen de neusvleugels,
28. Door de zintuigen, mind en intellect goed te bemeesteren, door gericht te zijn op bevrijding, door ontstoken te zijn van verlangen, angst en boosheid, is deze beoefenaar van meditatie (muni) altijd vrij.
29. Iemand bereikt vrede door Mij te kennen, de ontvanger van alle offeringen en ascetische inachtnemingen, de grote vorst van alle werelden, en de vriend van alle levende wezens.
Hier eindigt het vijfde hoofdstuk, waarin Sri Krishna Arjuna leidt op het pad van actie, dat iemand begeleidt om volmaakte bemeestering te ontwikkelen over zijn mind en om alle verlangens en boosheid te verlaten, en daarmee bevrijding te bereiken.